
Niets is zo frustrerend als je niet afvalt, terwijl je gezond eet en regelmatig sport. Hormonale disbalans is een belangrijke oorzaak waarom jij niet afvalt. In deze blog lees je welke hormonale disbalans de oorzaak kan zijn waarom je niet afvalt.
Cortisol: het stresshormoon waardoor je niet afval
Cortisol, ook bekend als het stresshormoon, speelt een belangrijke rol in hoe ons lichaam reageert op stress. Dit hormoon is essentieel in noodsituaties, maar als het constant in grote hoeveelheden door ons lichaam circuleert, kan het ons hongerig maken en ons lichaam aanzetten tot het opslaan van vet. Dus een overmaat aan cortisol kan leiden tot ongewenste gewichtstoename en met name op de buik. Dit hormoon zorgt ervoor dat glucose in het lichaam vrijkomt en wordt afgegeven aan het bloed. Als deze suiker niet wordt verbruikt, wordt deze onder invloed van insuline opgeslagen als vet.
Bovendien kan stress leiden tot meer trek in zoetigheid en vet voedsel. Dit maakt afvallen lastig en verhoogt het risico op diabetes en hart- en vaatziekten.
Het suikerhormoon insuline en het probleem met gewichtsverlies
Insuline reguleert de bloedsuikerspiegel en heeft invloed op de vetopslag in ons lichaam. Wanneer je wisselende bloedsuikerspiegel hebt, kun je constant de behoefte hebben aan zoete snacks. Veel vrouwen hebben last van insulineresistentie en het gevoel verslaafd te zijn aan suikers omdat het lichaam steeds blijft ‘vragen’ om energie, voornamelijk wanneer je na een hoge suikerpiek weer een dip krijgt. Dit komt veelal door een verkeerde voeding, te weinig lichaamsbeweging, overgewicht of erfelijke aanleg.
Ghreline, leptine en het gevecht tegen de kilo’s
Ghreline en leptine zijn de hormonen voor honger en verzadiging. Ghreline zorgt er voor dat je weer trek krijgt, zodra je maag leeg begint te raken. Leptine zorgt voor een gevoel van verzadiging. Een disbalans in deze hormonen kan leiden tot overeten. Ook kan het zijn dat je niet goed ‘luistert’ naar deze signalen en daardoor meer eet dan je nodig hebt.
Leptine signaleer de hersenen dat je vol zit, maar wanneer je biologische klok uitbalans is, door bijvoorbeeld laat op blijven of slecht slapen raakt de communicatie tussen leptine en hersenen verstoord. Je krijgt dus minder duidelijk een seintje dat je vol zit. Je wordt leptineresistent en je ervaart continue honger, ondanks dat je voldoende hebt gegeten. Lees tip: Afvallen lukt niet door hormonen? Ontdek de invloed van leptine.
Waarom afvallen een uitdaging kan zijn door een hormonale disbalans in oestrogeen, progesteron en testosteron?
Geslachtshormonen zoals oestrogeen, progesteron en testosteron spelen ook een rol bij gewichtsbeheersing. Oestrogeen, het vrouwelijke geslachtshormoon, kan leiden tot stemmingswisselingen en emotie eten, waardoor het moeilijker is om gezond te blijven eten. Oestrogeendominantie kan leiden tot meer vetopslag op bepaalde lichaamsdelen zoals heupen, benen en billen (peer figuur). Oestrogeen wordt aangemaakt door de eierstokken, maar ook in de vetcellen. Bij overgewicht of een te hoog vetpercentage heb je dus meer aanmaak van oestrogeen, wat dus weer kan leiden tot meer eten.
Hoe een trage schildklier het gewichtsverlies kan belemmeren
Het schildklierhormoon is belangrijk voor je stofwisseling en heeft daarmee invloed op je gewicht. Een te snelle schildklier kan leiden tot gewichtsverlies, terwijl een vertraagde schildklier kan leiden tot gewichtstoename. Een verstoorde schildklierfunctie kan ook het gevolg zijn van stress, dan kan je schildklier besluiten om te vertragen: een signaal van je lichaam om het eens wat rustiger aan te doen. Hierdoor vertraagt je stofwisseling, waardoor je niet gaat afvallen.